Huilende Mariabeelden. Het is een terugkerend thema. In de nieuwe film ‘De man uit Rome’ moet Filippo, een jonge priester een zoveelste mirakelbeeld komen bekijken. Deze keer in Zuid-Limburg. Hij mag – en moet – oordelen of het hier gaat om boerenbedrog – of een echt wonder. De man is niet aan zijn proefstuk toe: we vernemen dat hij al tal van mirakels naar de vuilnisbak heeft verwezen. Maar hier ligt het niet zo eenvoudig: dit Mariabeeld doet wel iets.
Het dorp waarin het wonder zich voordoet, herstelt nog moeizaam van een verschrikkelijk drama. Een lokale jongen heeft een viertal jaar geleden een bloedbad aangericht in de basisschool. Die gebeurtenis heeft bijna iedereen in het dorp diep geraakt. Ook de jonge vrouw die haar beeld heeft zien wenen, was betrokken bij de shoot-out en zij lijdt nu aan afasie.
Uiteraard zit je dan te wachten op het moment dat Therese, die dus niet meer kan praten sinds het schietincident op haar school, weer een woord kan uitbrengen. Maar dat moment laat wel even op zich wachten. Onze priester-onderzoeker van dienst moet eerst een lastig dilemma uit de weg gaan: hij houdt zielsveel van de waarheid en verafschuwt de leugen, maar alleen door een leugen kan hij heling brengen. Wat dan ook gebeurt,
Enkele gebeurtenissen, vooral in het laatste kwartier van de film, zou ik minder spectaculair hebben ingevuld. De heftige momenten doen – naar mijn mening – afbreuk aan de integriteit van de film.
Wat mij wel erg opviel is de vrij klassieke manier waarop een priester in de film wordt neergezet. Deze priester is een patiënt die lijdt aan een maagziekte, waardoor hij geen hap naar binnen krijgt zonder misselijk te worden. Alleen sigaretten worden probleemloos geconsumeerd, maar een simpel stuk brood brengt zijn maag danig in de war.
Hij lijkt wel heel sterk op de lijdende priester in ‘Journal d’un curé de campagne’ van Robert Bresson. Je ziet het traditionele priesterbeeld van een getormenteerde, eenzame man met een lichamelijke kwaal. Een priester moet altijd lijden – anders lijkt hij niet op de Christus.
De eerste woordjes uit de mond van Therese is niet het enige waar ik op zat te wachten: ik keek vooral uit naar de preek van de man uit Rome in de herdenkingsmis voor de slachtoffers van de schietpartij in de school. En die preek vond ik een opsteker: geen zoveelste zweverige of ontwijkende non-antwoorden als ‘Gods wegen zijn ondoorgrondelijk’, maar een hint naar de radicale theologie van mensen als Peter Rollins. ‘God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten?’ Theologie die geen stoplap meer wil zijn voor het menselijke hunkeren naar zin en betekenis, maar de gruwel en de absurditeit volmondig onderstreept en van het niet-weten een startpunt maakt om dit bij momenten ellendige bestaan uit te houden.
Ja, ondanks alles een film die even blijft hangen. En dus een aanrader.
Volgende week: Godland.